09 jan Lactose en glutenintolerantie
Glutenintolerantie
In de darm van de mens kan het gluten (proteïne mengsel van graansoorten zoals tarwe) gedeeltelijk onverteerd door de darmcellen dwalen en daar de verbinding tussen de cellen losser maken. Daardoor komt tarwe proteïne in gebieden waarin het niets te zoeken heeft en dat vindt het immuunsysteem niet goed. Eén op de 100 mensen heeft een genetische glutenintolerantie dit is coeliakie. Veel mensen lijden aan glutensensitiviteit.
Coeliakie veroorzaakt:
- Ernstige ontstekingen
- Verstoring darmvlokken
- Verzwakking van het zenuwstelsel
Klachten:
- Buikpijn
- Diarree
- Groeien als kind niet zo goed
- Soms last van bloedarmoede
HLA-moleculen zijn eiwitmoleculen op het oppervlakte van cellen, die een belangrijke rol spelen bij de immunologische afweer. HLA-moleculen hebben invloed op de functie van het binden van gluten. Bijna alle (meer dan 95%) coeliakiepatiënten zijn drager van HLA-DQ2 en/of DQ8. Indien een persoon geen HLA-DQ2 en/of DQ8 heeft, is de kans dus zeer klein dat iemand coeliakie heeft of dit in de toekomst nog ontwikkelt. HLA-typering is een waardevolle test bij het stellen dan wel uitsluiten van de diagnose coeliakie. https://www.labmaastricht.nl/hla-typering-met-behulp-van-wattenstokjes
Bij glutensensitiviteit kun je wel granen eten zonder darmproblemen maar niet teveel. Veel mensen merken dat ze zich beter voelen als ze één tot twee weken glutenvrij eten.
Klachten glutensensitiviteit:
- Verteringsproblemen
- Winderigheid
- Hoofdpijn
Bij mensen met glutensensitiviteit is de diagnose samen te vatten: voelen zich beter bij glutenvrij eten en onderzoek naar coeliakie is negatief. De darmvlokken zijn niet ontstoken of kapot maar het immuunsysteem is misschien niet in orde door het eten van teveel brood, tarweproducten.
Lactose intolerantie
De lactose is een bestanddeel van melk. Lactose wordt door het enzym lactase in de dunne darm afgebroken tot galactose en glucose. Wanneer het enzym lactase ontbreekt kunnen dezelfde klachten1 ontstaan als bij coeliakie en glutensensitiviteit.
Bevolkingsonderzoek heeft geschat dat lactose-intolerantie 5-17% van de Europeanen treft, ongeveer 44% van de Amerikanen en 60-80% van de Afrikanen en Aziaten.
Hoe ouder je bent hoe groter de kans dat je melksuiker niet kan afbreken. In de meeste gevallen heb je nog altijd lactose afbrekende enzymen in je darm, maar deze zijn minder actief zo’n 10 tot 15% van wat ze vroeger konden.
Klachten zijn:
- Buikpijn
- Diarree
- Opgezette buik
- Winderigheid
Vanuit de dunne darm komt de lactose in de dikke darm terecht en de daar aanwezige darmflora gaan gisten en voeden daar gas producerende bacteriën.
Onderzoek heeft aangetoond dat mensen met een lactose intolerantie in één keer tot 12 gram kunnen verdragen wat ongeveer overeenkomt met 1 kop melk. Bij yoghurt inname wordt minder symptomen veroorzaakt bij mensen met lactose-intolerantie dan andere soorten zuivelproducten.
Literatuur
- Deng, Y., Misselwitz, B., Dai, N., & Fox, M. (2015). Lactose intolerance in adults: biological mechanism and dietary management. Nutrients, 7(9), 8020-8035.
- Scrimshaw, N. S., & Murray, E. B. (1988). The acceptability of milk and milk products in populations with a high prevalence of lactose intolerance. The American journal of clinical nutrition, 48(4), 1142-1159.
- Szilagyi, A. (2015). Adult lactose digestion status and effects on disease. Canadian Journal of Gastroenterology and Hepatology, 29(3), 149-156.
- Di Rienzo, T., D’angelo, G., D’aversa, F., Campanale, M. C., Cesario, V., Montalto, M., … & Ojetti, V. (2013). Lactose intolerance: from diagnosis to correct management. Eur Rev Med Pharmacol Sci, 17(2), 18-25.
- Corgneau, M., Scher, J., Ritie-Pertusa, L., Le, D. T., Petit, J., Nikolova, Y., … & Gaiani, C. (2017). Recent advances on lactose intolerance: Tolerance thresholds and currently available answers. Critical reviews in food science and nutrition, 57(15), 3344-3356.
- Vesa, T. H., Marteau, P., Zidi, S., Briet, F., Pochart, P., & Rambaud, J. C. (1996). Digestion and tolerance of lactose from yoghurt and different semi-solid fermented dairy products containing Lactobacillus acidophilus and bifidobacteria in lactose maldigesters–is bacterial lactase important?. European journal of clinical nutrition, 50(11), 730-733.
- Savaiano, D. A. (2014). Lactose digestion from yogurt: mechanism and relevance–. The American journal of clinical nutrition, 99(5), 1251S-1255S.
Geen reactie's